Volwassen nieuwetijdskinderen
Volwassen nieuwetijdskinderen
Achteraf gezien begon het al vóór de Tweede Wereldoorlog
Toen eenmaal de eerste berichten over nieuwetijdskinderen verschenen en er steeds meer over dit nieuwe verschijnsel verteld en geschreven werd - en toen er vervolgens lijstjes kwamen met de typische kenmerken van een nieuwetijdskind (dergelijke lijstjes circuleren nog steeds op internet), kwamen er steeds meer volwassenen die zeiden: Maar in die beschrijvingen herken ik mezelf! Ik weet niet hoe dat kan, maar ik ben vast ook een nieuwetijdskind! Achteraf gezien blijkt het verschijnsel nieuwetijdskind ouder te zijn dan we dachten: het werd weliswaar pas in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontdekt, maar het verschijnsel zelf is een stuk ouder: ik ken ouderen die nog voor de Tweede Wereldoorlog geboren werden (dus voor 1940), maar die je nieuwetijdskinderen avant la lettre zou mogen noemen: nieuwetijdskinderen dus, nog voordat die term uitgevonden was. Alleen: in die vroegere tijden ging het nog slechts om enkelingen. Je mag deze allereerste nieuwetijdskinderen de voorhoede noemen en daarom betrof het in die eerste decennia nog slechts weinig mensen. Dat is dan ook de reden waarom het verschijnsel nieuwetijdskinderen pas veel later, in de jaren tachtig, begon op te vallen, toen er op een zeker moment steeds meer van hen naar de aarde kwamen.
In de verhalen van de oudere, volwassen nieuwetijdskinderen die ik zelf te horen kreeg, komen bepaalde kenmerken, eigenschappen en ervaringen steeds weer terug. Voor ik die hieronder op een rij zet, wil ik benadrukken dat niet alle nieuwetijdskinderen gelijk zijn, zoals we eerder al zagen, en dat dus niet ieder volwassen nieuwetijdskind zichzelf in alle hieronder genoemde punten hoeft te herkennen. De een is nu eenmaal meer dit, de ander meer dat. De een is meer een humanist, de ander meer een conceptueel — en tussen die beide liggen, zoals we eerder al zagen, werelden van verschil. Ik noem de hieronder staande punten in de hoop dat de lezeressen of lezers die zich een volwassen nieuwetijdskind voelen, wat meer zelfinzicht krijgen en ineens op bepaalde punten van zichzelf zullen begrijpen: o, daarom reageer ik altijd op die en die manier. En vooral voor mensen die zichzelf zo lang als een zwart schaap, als een vreemde eend in de bijt, of als 'anders dan anderen' hebben gevoeld, is het meestal een troost en een opluchting om te ontdekken dat er nog veel meer mensen zijn die net zo (vreemd en anders) in het leven staan als zijzelf.
Wat meteen op zal vallen is het feit dat de levenshouding van oudere nieuwetijdskindercn in beginsel niet zo heel erg veel afwijkt van die van de jongere nieuwetijdskindcren. Wel mogen we zeggen: bij de jongeren zijn hun nieuwetijdseigenschappen over het algemeen echter meer uitgesproken: zij zetten een paar stappen verder - en soms zelfs een paar stevige stappen verder - dan de ouderen dat nog vermochten te doen.
Wél en géén last van valse schuldgevoelens
Één enkele keer echter zijn de verschillen tussen oudere en de jongere nieuwetijdskinderen echter juist wel groot, zelfs levensgroot. Een goed voorbeeld daarvan is het feit dat de jongere nieuwetijdskinderen (in het algemeen gesproken) nauwelijks of geen last hebben van valse schuldgevoelens en daarmee ook niet gemanipuleerd kunnen worden. Ze kijken zelfs neer op de volwassenen die hen toch een schuldgevoel proberen aan te praten en hen zo proberen te manipuleren. Probeer je zoiets als ouder, dan verlies je daarmee meteen je gezag naar je kind toe. De oudere nieuwetijdskinderen waren daarentegen juist overgevoelig voor valse schuldgevoelens, en velen van hen proberen zichzelf op oudere leeftijd nog altijd daarvan te bevrijden.
Hoe is dat eigenlijk mogelijk? En waarom hadden de oudere nieuwetijdskinderen dan niet diezelfde instelling? Omdat de geestelijke energieën die het loslaten van valse schuldgevoelens mogelijk maken op dat moment nog nauwelijks de aarde hadden bereikt en daar nog nauwelijks actief werkzaam waren geworden. Dus bezaten de oudere nieuwetijdskinderen de houding die op dit vlak toendertijd iedereen eigen was. Ja, zij kenden die gevoelens meestal zelfs nog sterker dan hun leeftijdgenoten, omdat hun, juist door hun anderszijn en hun afwijkende levenshouding, voortdurend allerlei schuldgevoelens - met en zonder woorden - aangepraat werden en zij daar, dankzij hun sensitiviteit, extra gevoelig voor waren.
In het onderstaande pretendeer ik overigens niet alle kenmerken en/of eigenschappen van volwassen nieuwetijdskinderen op een rij gezet te hebben: er vallen er nog wel meer te noemen. Bovendien herhaal ik hier niet de kenmerken die ik eerder al - met name in hoofdstuk 2 -voor de jongere nieuwetijdskinderen aangaf: het zal duidelijk zijn dat die natuurlijk ook gelden voor de ouderen. Ik wil hieronder vooral de specifieke levenservaringen van oudere nieuwetijdskinderen beschrijven die mijzelf in mijn werk het meest hebben getroffen en die mijns inziens het meest kenmerkend zijn voor de oudere generatie nieuwetijdskinderen:
l
Leven met een gevoel van heimwee
Vele oudere nieuwetijdskinderen kennen het: dat gevoel van heimwee. Heimwee waarnaar? Vroeger, toen ze jong waren, wisten ze dat al helemaal niet en kenden ze geen mensen met wie ze dat gevoel hadden kunnen bespreken en delen. Maar door de snelle ontwikkeling van de spiritualiteit van tegenwoordig, begonnen zij zich in latere jaren steeds duidelijker te realiseren dat hun heimwee is gericht op de geestelijke wereld: de wereld vanwaar we komen en waar we na onze dood weer naartoe zullen gaan. Overigens is dit gevoel van heimwee kenmerkend voor alle nieuwetijdskinderen, dus niet alleen voor de oudere, maar ook voor de jongere nieuwetijdskinderen. Zo zien we dat er bij de kinderen die nu geboren worden nogal eens zogenaamde huilbaby's zijn: vanaf hun geboorte doen ze niets anders dan huilen. Sommige van deze huilbaby's laten daarmee merken dat ze heimwee hebben naar de wereld die ze zojuist verlaten hebben.
Ontroerend is het voorbeeld van een jong ouderpaar: toen hun eerste kindje, een meisje, geboren was, deed ze vanaf de geboorte niets anders dan huilen en nog eens huilen. De ouders bezochten allerlei artsen, maar die konden niets vinden en hun dochtertje bleef elke nacht huilen. In arren moede gingen ze uiteindelijk naar een spiritueel therapeute van wie men zei dat ze huilbaby 's tot rust kon brengen. De ouders geloofden niet in dat soort dingen, maar wanhopig als ze waren, maakten ze toch maar een afspraak: je weet tenslotte maar nooit. Toen hun dochtertje hij de therapeute op tafel lag. begon deze haar liefdevol te masseren en vertelde haar ondertussen dal ze zo welkom is en dat papa en mama zo blij zijn dat ze gekomen is. Een halfuur lang bleef ze zo bezig, masserend en aandachtig, liefdevol pratend. Toen was het consult voorbij. De ouders vonden het maar vreemd en hadden er geen enkel vertrouwen in. Maar die nacht was de eerste dat hun dochtertje doorsliep en niet eindeloos lag te huilen. Toen zijn ze teruggegaan naar de therapeute die hen leerde hoe ze ook zélf hun dochtertje konden masseren en haar steeds weer konden vertellen dat ze welkom was, dat er van haar gehouden werd, enzovoort. Vanaf dat moment waren de problemen voorbij.
Het gevoel van heimwee dat zich uit in een voortdurend huilen, ontstaat door de herinnering aan de wereld van licht, waar de baby's vandaan komen, en vergeleken waarmee de aardse wereld zo kil en koud is. Die herinnering bestaat meestal alleen uit een gevoel, maar sommigen (volwassenen en kinderen) hebben ook nog beelden van de lichtwereld. Liefde, voelen en horen dat je welkom bent en de tederheid van liefdevolle handen: alleen deze drie zijn in staat dat gevoel van heimwee te overwinnen en het kind het gevoel te geven dat het leven op aarde zin heeft en misschien nog helemaal niet zo gek is.
De spiritueel therapeute die in bovenstaand voorbeeld hulp bood, was zelf een nieuwetijdskind. Steeds meer jonge volwassen nieuwetijdskinderen zoals deze therapeute vinden hun levensopdracht daarin dat zij mensen bijstaan die met huilbaby's, met verlieservaringen en met gezondheidsklachten geconfronteerd worden en leren hun cliënten hoe je daar op een andere, nieuwe manier mee om kunt gaan. Overigens, ik wil voor alle duidelijkheid zeggen dat niet alle huilbaby's last hebben van heimwee. In Engeland worden huilbaby's wel koliekbaby's genoemd, omdat ze vaak huilen vanwege buikkrampen. De huilbaby's die ik hierboven op het oog heb, zijn de baby's bij wie men geen lichamelijke oorzaak zoals buikkrampen kan vinden en die toch maar blijven huilen. De kans is groot dat het in dat geval wel om heimwee gaat.
2
De andere intelligentie van nieuwetijdskinderen en hun afkeer van school
Opvallend is ook de soort van intelligentie die volwassen nieuwetijdskinderen eigen is. Ze zijn meestal behoorlijk intelligent, maar het is een intelligentie die niet op de gangbare manier tot uitdrukking komt: hun intelligentie is vooral een creatieve intelligentie en een sociale intelligentie? In hoofdstuk 8 vertelde ik al dat het denken van nieuwetijdskinderen vooral beeldend is, intuïtief en associatief. Op school hadden de volwassen nieuwetijdskinderen het meestal niet gemakkelijk, hoe intelligent ze ook waren, simpelweg omdat hun intelligentie zeker in die tijd meestal niet herkend en begrepen werd. Bovendien hadden ze toen al het gevoel dat, wat ze op school moesten leren, alleen maar ballast was en hen niet zou helpen in het latere leven. Wat hen vooral tegenstond op school was het autoritaire van de opleiding, het 'uit het hoofd' moeten leren, het doodse en saaie van het onderwijs en het feit dat ze nooit eens even vrij mochten dagdromen.
De school was daarnaast voor vele oudere nieuwetijdskinderen een probleem, omdat ze er op de een of andere manier een buitenbeentje waren, anders dan anderen. En zoiets laten de andere kinderen je altijd wel merken: pesten is van alle tijden en kwam ook vroeger al voor. De meeste volwassen nieuwetijdskinderen kijken dan ook met weinig vreugde terug op hun schooljaren.
Niet alleen op school, maar overal waar ze in hun latere leven met andere mensen te maken kregen, kwamen ze in opstand tegen lege of holle autoriteiten: mensen die niet over een natuurlijk gezag beschikken en die anderen bevelen en opdrachten geven zonder dat de zin daarvan duidelijk is. Ze werden daardoor regelmatig tot rebellen en tot klokkenluiders. Maar - en dat is een wonderlijke tegenstelling - daarnaast waren ze op school en later, in hun volwassen leven, vredestichters; zij waren het bijvoorbeeld die probeerden anderen op te vangen en te troosten die dat nodig hadden.
3
Een gevoel van vervreemding
Veel oudere nieuwetijdskinderen kennen die herhaaldelijk naar boven komende gedachte: Wat doe ik hier eigenlijk, in deze koude, harde wereld die mij eigenlijk zo vreemd is? Het is een spontane gedachte, vaak een flits die gelukkig ook weer snel verdwijnt, omdat er nu eenmaal werk verzet moet worden - en juist dat helpt dikwijls om dat gevoel van vervreemding te overwinnen. Maar het blijft altijd een gevoel op de achtergrond dat zo weer naar voren kan komen om opnieuw onze aandacht op te eisen. Het is dit basisgevoel dat de volwassen nieuwetijdskinderen er altijd weer op wijst dat ze burgers van twee werelden zijn: enerzijds van de aarde, anderzijds van de geestelijke wereld.
4
Geestelijk emigreren en daardoor wegbereiders
Net als dat gevoel van heimwee, wijst ook deze opflitsende gedachte op een dieperliggend wéten dat we weliswaar hier in een lichaam op aarde leven, maar dat we afkomstig zijn uit een andere wereld, een wereld van louter licht. En hoe meer de volwassen nieuwetijdskinderen zich dit weten in de loop van hun leven bewust leerden maken, hoe meer zij vanuit oude, hun in hun jeugd meegegeven inzichten en geloofsovertuigingen, toegroeiden naar een ander inzicht en een andere levensvisie.
Maar juist omdat de meeste oudere, volwassen nieuwetijdskinderen nog een kerkelijk geloof meekregen, ervoeren zij de overgang naar die heel andere levensvisie die aansluit bij, en voortkomt uit dat weten dat in hen leeft, als een grootse en ingrijpende overgang die je zou kunnen vergelijken met een emigratie. Als ik stilsta bij wat ik als kind meekreeg aan geloofsovertuigingen en zie hoe ik nu denk, geloof en wéét, dan lijkt het wel alsof ik een heel ander mens gegeworden ben die in een heel andere wereld terechtgekomen is. Een ander spreekt in dit verband over een geestelijke emigratie. Dat gevoel : het gevoel een geestelijke emigrant te zijn, is eveneens een belangrijk kenmerk van het levensgevoel van volwassen nieuwetijdskinderen. Nu wordt in dat besef van een geestelijke emigratie de grote levensopdracht van de volwassen nieuwetijdskinderen duidelijk: om vanuit de inzichten en het levensgevoel van een oude wereld, een weg te banen naar de inzichten en het levensgevoel van de nieuwe wereld die in deze tijd geboren gaat worden. Zij, de volwassen nieuwetijdskinderen, zijn de wegbereiders, zij banen de weg naar die nieuwe wereld, die nieuwe manier van denken en die nieuwe manier van leven. Ze realiseren die overgang in hun eigen leven en worden daardoor tot bruggenbouwers, die geestelijke bruggen bouwen vanuit de oude wereld naar een andere wereld die bezig is geboren te worden. Dat is hun eigenlijke, meest wezenlijke levensopdracht. Het is voor de oudste generatie nieuwetijdskinderen ontroerend om te zien dat de generaties nieuwetijdskinderen die na hen komen, zoveel makkelijker de weg vinden naar zichzelf, naar de eigen levensopdracht en naar het nieuwe denken dat daarmee samenhangt. De oudste nieuwetijdskinderen weten dat dit alleen maar mogelijk werd omdat zijzelf als eerste begonnen aan het bouwen van die bruggen, waardoor degenen die na hen kwamen dankzij die brug veel sneller bij hun doel zouden komen. We zien dan ook hoe de volgende generaties nieuwetijdskinderen zich steeds sneller bewust worden van zichzelf en hun levensopdracht en steeds sneller de eigen weg in het leven kunnen vinden. Dit schenkt de oudste nieuwetijdskinderen een diep gevoel van vreugde: ze mogen zien hoe het werk dat zij verzet hebben, gezegend wordt!
5
Een wurgende eenzaamheid
Het zal duidelijk zijn dat juist de volwassen nieuwetijdskinderen nogal wat eenzaamheid hebben doorleefd: afgewezen worden, als het zwarte schaap gezien worden, niet passen binnen het schoolsysteem en op het werk, in verzet komen tegen holle autoriteiten, steeds weer vragen stellen die anderen ongemakkelijk vinden omdat ze eigenlijk geen antwoord hebben, en ga zo maar door; het veroorzaakt onvermijdelijk een voortdurende eenzaamheid. Dat gevoel was vooral ook daarom zo sterk, omdat ze in hun jeugd en in hun jongere jaren heel lang dachten dat ze de enige waren die zo dachten, voelden en in het leven stonden. Pas veel later, toen er meer en meer aandacht voor het verschijnsel nieuwetijdskinderen ontstond, ontdekten velen van hen dat ze niet de enige waren en dat er nog veel meer mensen waren die dachten, voelden en leefden zoals zij. Een volwassen nieuwetijdskind noemde die eenzaamheid eens in een gesprek: Een wurgende eenzaamheid waarmee ik dagelijks moet vechten. Het boeiende is echter dat juist deze eenzaamheid hen ook sterker in verbinding bracht met de geestelijke wereld: Als er geen mensen zijn die je écht begrijpen en die van je houden zoals je bent, kun je alleen nog maar hulp en troost vinden in de geestelijke wereld, vertelde een vrouw me eens. Om er in een adem aan toe te voegen: Maar juist daardoor is het contact met mijn eigen engel zo sterk geworden en mocht ik zo sterk de dagelijkse omhulling van Christus gaan ervaren. Je mag dus ook in deze situatie zeggen dat de pijn van de eenzaamheid uiteindelijk haar kracht werd, zoals ik dat al eerder in hoofdstuk l beschreef.
6
Aandacht voor jezelf ontwikkelen
Nieuwetijdskinderen moeten aandacht voor zichzelf leren ontwikkelen:
o Ze moeten leren te ontvangen, want geven kunnen ze meestal al als de beste: dat geldt net zozeer voor de oudere, als voor de jongere nieuwetijdskinderen.
o Ze moeten leren hun grenzen te behoeden en op tijd 'nee' te zeggen: de kunst van het 'ja' zeggen beheersen ze meestal al tot in de perfectie.
o Ze moeten leren voor zichzelf te zorgen, want de kunst om voor anderen te zorgen beheersen ze al wel.
Het is belangrijk voor nieuwetijdskinderen om deze lessen te leren, want alleen wie van zichzelf kan houden, is in staat werkelijk van anderen te houden. Dat deze les voor de oudere nieuwetijdskinderen niet gemakkelijk is en was, hangt daarmee samen dat in vroeger tijden zoiets als 'houden van jezelf' als zondig en egoïstisch gezien werd: je moest alleen maar leren je naaste te dienen, dan zou alles goed komen. Ze moeten zichzelf dus ook op dit punt een stevige heropvoeding geven.
7
Op zoek naar de zin van het lijden
Dikwijls zijn volwassen nieuwetijdskinderen in hun leven op zoek gegaan naar antwoorden. Waarom voel ik mij anders? Waarom zeggen de oude antwoorden mij niets? En vooral als er dan grote problemen opdoemden op hun levensweg en zij bijvoorbeeld mensen verloren van wie zij hielden, was het de pijn van het verlies die hen ertoe aanzette nu ook echt op zoek te gaan naar antwoorden, waarmee zij konden leven en die hen zouden helpen om deze moeilijke levensperiode te doorstaan. Velen hebben juist in dergelijke situaties de eerste stappen gezet op de spirituele weg, gewoon, omdat ze alleen daar antwoorden op hun vragen konden vinden waar ze echt wat mee konden. Achteraf zien deze oudere nieuwetijdskinderen dan dikwijls dat deze donkere levenservaringen niet zinloos waren, omdat zij daardoor eindelijk de antwoorden hadden kunnen vinden waarmee ze leven konden.
Iemand die haar zoon bij een autoongeluk verloren had, zei jaren later: Het is en blijft de allerzwaarste ervaring van mijn leven, en nog regelmatig speelt de pijn van het verlies op in mijn hart, maar tegelijk zie ik terugkijkend ook dat ik juist daardoor een geestelijke winst kon behalen die ik anders nooit gevonden zou hebben. Ik weet nu met de zekerheid van mijn hart dat mijn zoon leeft in de geestelijke wereld. Ook voel ik hem vaak dicht bij mij en ik weet dat ik hem straks, als ik zelf sterf, terug zal zien. Dat is de winst die ik in deze donkere tijd behaalde. Mijn spirituele ontwikkeling is dus het donkere geschenk van mijn verdriet.
Het ontroerende van uitspraken als deze is het feit dat vele oudere nieuwetijdskinderen op een heel eigen en persoonlijke manier, dankzij de levenslessen die hen voorgelegd werden, ontdekken dat het lijden van het leven niet vergeefs en zinloos hoeft te zijn, maar datje daarop een innerlijke, geestelijke winst kunt behalen. En juist dit inzicht is een hoeksteen van het nieuwe denken dat in onze tijd geboren wordt. Oudere nieuwetijdskinderen die de moed hadden om de pijn van hun leven niet weg te stoppen en niet te verdringen, maar dat te doorleven en erdoorheen te gaan, werden 'als vanzelf' geleid naar dit belangrijke inzicht - en dit inzicht in de zin van het lijden is een van de belangrijkste kenmerken van het volwassen nieuwetijdskind geworden.
Het is voor de oudere nieuwetijdskinderen zelf ook van grote betekenis om tot dit inzicht te mogen komen: juist zij werden en worden immers vaak geconfronteerd met stevige levenslessen. Daardoor zouden ze gemakkelijk in een cynisme (dat uit teleurstelling geboren wordt) of depressie terecht kunnen komen die hen hard en bitter maakt. Maar als het hen lukt om op dat donker de geestelijke winst te behalen die daarin voor hen besloten ligt, komen ze dankzij die winst in verbinding met hun diepste kern en vinden daar de antwoorden, waar ze dikwijls al een leven lang naar zochten. Het zoeken naar de zin van het lijden is dus van beslissende betekenis in het leven van de oudere nieuwetijdskinderen.
8
Een onweerstaanbare drang naar vrijheid
Alle nieuwetijdskinderen, zowel de jongere als de oudere, hebben een sterk ontwikkeld gevoel voor vrijheid. Zodra iemand het woord 'moeten' gebruikt, komen ze in opstand, in ieder geval innerlijk. Ze willen zelf beslissen over hun eigen leven en verdragen het niet goed als een ander hen al te veel betuttelt. Ouders van een nieuwetij dskind doen er ook goed aan om respect te tonen voor de vrijheid van hun kind en daar zoveel als maar mogelijk is, rekening mee te houden. Ook de oudere nieuwetijdskinderen kennen die vrijheidsdrang. In het vorige hoofdstuk zagen we al dat de oudere nieuwetijdskinderen zich vaak bekneld voelen in het bedrijf of de instelling waar ze werken en nogal eens een zzper worden: dat waarborgt hen de vrijheid die ze zoeken en nodig hebben. En alle oudere nieuwetijdskinderen die terugkijken op het leven dat achter hen ligt, zullen daarin op allerlei momenten de drijfveer van de vrijheid herkennen: hoe dit verlangen naar vrijheid hen tot allerlei stappen bracht die ze waarschijnlijk zonder dit krachtige vrij heidsverlangen nooit gezet zouden hebben. Maar waarom is die vrijheid zo belangrijk? Het behoort tot de levensopdracht van nieuwetijdskinderen om steeds weer de moed op te brengen om zich los te maken van gangbare inzichten en opvattingen. Alleen die stap maakt het hen mogelijk om in vrijheid op zoek te gaan naar de antwoorden die hen écht wat zeggen, waar ze écht wat mee kunnen - en dat zijn werkelijk nooit de antwoorden die ze als kind hebben meegekregen. Alleen als ze de moed hebben zich los te maken van bestaande en/of meegekregen inzichten en opvattingen, alleen als ze zich werkelijk vrij durven maken, zal het hen namelijk lukken om de weg naar binnen te gaan en in hun eigen hart en in hun eigen ziel de antwoorden op te delven die daar besloten liggen. De moed en het verlangen om zich vrij te maken, vormen dus een basisvoorwaarde: zonder deze moed en zonder dit diepgaande verlangen naar vrijheid zal het hen nooit lukken zich los te maken van de bestaande en meegekregen inzichten.
Uittreksel uit het boek :
De levensopdracht van de nieuwetijdskinderen .
Wie ze zijn en wat ze ons leren .
Auteur : Hans Stolp
ISBN : 978 90 202 04018