Crazy Codde, Psycho Polle,... De meest besproken tv-figuur van de week was ex VRT-omroeper Paul Codde (56). In ‘Stanley’s Route’ op VT4 danste hij maandagavond als een aapje tussen een groepje zwarten, ging hij naaktbaden in het Victoriameer terwijl de plaatselijke moeders de ogen bedekten van hun zwarte bloedjes en maakte hij ook nog een lolletje van een lokale eredienst. Coddes collega’s waren onverbiddelijk, hij vloog als eerste uit de expeditie. «Onterecht», liet hij na de eerste tranenvloed optekenen. En dat vindt hij nu nog altijd. «In het leven heb je maar twee gevoelens, liefde en angst. Ik heb me door de liefde laten leiden, de anderen door angst. Ik kan dat alleen maar betreuren .»
DIETERT BERNAERS
De gewraakte Stanley bevindt zich op de vreemdste plek waar ik ooit iemand heb geïnterviewd. Hij zit in lotushouding op een matras die de helft van zijn mobilhome inneemt. Het voertuig staat op een troosteloze parkeerplaats in Boortmeerbeek, vlak naast de opnamestudio waar Codde morgenvroeg om 7 uur aan de schminktafel verwacht wordt. Hij zal er enkele scènes opnemen voor ‘Sara’, een nieuwe VTM-reeks waarin hij een nichterige couturier gestalte geeft. Het is pikkedonker, het miezert en het is muisstil. Gezéllig!
«Lach maar, het is superpraktisch. Ik heb hier alles. Een oven, een wc, een douche,... En bovendien ben ik hier op mijn gemak. Ik woon in Brasschaat, als ik morgenvroeg door de file tot hier moet komen, doe ik er misschien twee uur over en moet ik de hele crew laten wachten omdat ik geen meter vooruit geraak.»
Het is aardedonker, het dichtstbijzijnde huis is een eind verderop. Ik vind het maar creepy, Paul.
«Maar néé! Ik slaap hier zalig. Dikwijls zelfs beter dan thuis. Vroeger ging ik met de aanhangwagen op reis naar Italië. Dan bond ik die vast aan een boom en liet ik vanuit de laagste tak een muggennet naar beneden. Daaronder sliep ik, héérlijk. In ‘Stanley’s Route’ heb ik ook in open lucht geslapen. Het leukste wat er is. Zeker als er ‘s nachts zo’n zwarte jongen op je schouder tikt en je zijn witte tanden in de duisternis ziet oplichten en jou met z’n hand op het hart iets toevertrouwd in ’t Swahili . Fantastisch!»
Die negers vonden jou een vreemde vogel. Ze noemden je een ‘tovenaar’ en dat was allesbehalve een compliment. ‘Als het er een van ons was, verzopen we ‘m in ‘t meer’, zei iemand.
«Dat waren geen echte zwarten . Die zaten vijfhonderd meter verderop en gingen ook naakt in het meer. Vandaar dat ik me van geen kwaad bewust was. Maar dat vertellen de programmamakers natuurlijk niet. De stam waar wij bij zaten, wilde met hun eigen cultuur niets te maken hebben. Die mensen wilden gewoon Europees zijn, maar het resultaat was een barslechte kopie van ons westerlingen. Ze droegen broeken en jurken, ik zag zelfs een klein jongetje met een Samson-shirt. Ik wou die mensen een spiegel voorhouden . Uit respect voor hun oorspronkelijke cultuur . »
De evolutieleer volgens Paul Codde: zwarten moeten ten eeuwigen dage textielloos voor een strooien hutje liggen.
«Néé, dat zeg ik niet. Mijn punt is dat je nooit, als individu of als groep, iets moet doen omdat je dénkt dat anderen dat van je verwachten. De Baganda’s deden dingen om ‘erbij te horen’, om zo Europees mogelijk te zijn. Ik raad hen dat af. Ze moeten zichzelf blijven.»
Ex-bokser Freddy De Kerpel gaf jou de genadeslag. Jij had je van alle Stanley’s het minst goed aangepast, vond hij. Ik had de indruk dat jij hem maar een onbehouwen boer vond.
«Nee, hoor. Ik ben aan het afleren om de dingen persoonlijk te nemen . Alles is waardevol. Zelfs wat mij nu overkomen is in Stanley’s Route. Oké, maandagavond voelde ik me ook niet super. De aflevering was net op tv geweest en ik wist dat honderdduizenden mensen een verkeerd beeld van me gekregen hadden. Maar ik kan me daar snel overheen zetten. Wat anderen over mij denken, interesseert mij au fond niet. Ik leid mijn eigen leven, ik volg mijn hart. Dat is precies wat er scheelt aan zo iemand als Freddy. Die liet zich in zijn gedragingen leiden door wat anderen over hem dachten. ‘Oei, die zwarten gaan mij niet graag hebben als ik Paul niet buitenstem.’ Fout, Freddy! Wees jezelf!»
Hij lag er niet als eerste uit, jij wel. En aan je tranen te zien, vond je dat niet fijn.
«Ik ben er inderdaad snel uitgevlogen. Maar het gevolg is dat wij hier nu zitten te praten. Ik kan mijn boodschap kwijt. Je moet alles proberen te zien in de context van het geheel ! »
Dus als je erin was gebleven was het goed, maar nu je er als eerste uitligt, is het ook goed.
«Dat is het hem juist! Mensen máken altijd problemen. Ik niet. Ik heb vertrouwen. In mijn wereld is alles goed. Er zijn in het leven maar twee gevoelens: liefde en angst. En je hebt altijd de vrije keuze om tussen die twee te kiezen. Je kunt dus bang zijn en alles slecht vinden, maar ik heb er sinds drie, vier jaar voor gekozen om alles wat op mijn weg komt, a priori goed te vinden. Dat stond ook op mijn T-shirt waar zo veel rond te doen was in Stanley’s Route. ‘Omarm de wereld, pijn is onontkoombaar, lijden is een keuze.’ Welnu, ik heb gekozen om niét te lijden. Als ik zo’n Joyce Van Nimmen na twee minuten tijdens een tocht door de brousse hoor klagen en zagen, dan denk ik: ‘Ja, schat, zo wordt het zwaar.’ Ik ben 56, voor mij is een tripje door de jungle zeker geen sinecure. Maar ik zeg gewoon: ‘I can do it’ en dan lukt het ook. De kracht van de menselijke geest is enorm.»
Geef eens een voorbeeld.
Onlangs kocht ik in de Brico laminaat parket. Half afgeprijsd, het waren de laatste pakken. Toen ik de vloer aan ‘t leggen was, merkte ik dat ik vier planken te weinig had. Een probleem, want ondertussen waren we een week verder en waarschijnlijk zou alles uitverkocht zijn. Negatieve gedachten. Tot ik in de auto op weg naar de Brico dacht: ‘Hou nu toch eens op. In jouw wereld is alles positief’. Ik kwam in de Brico, vertelde aan een verkoper wat ik aan de hand had en die haalde triomfantelijk het allerlaatste pak vanachter de toonbank.Voor 5 euro»
Tja.
«Niks ‘tja’! Positief denken. Gedachten zijn energie. Met de kracht van de geest kun je dingen realiseren.»
Jij gelooft in reïncarnatie, in aura’s, in mensen die uit hun lichaam kunnen treden. Een overgrote meerderheid van de mensen vindt dat larie en zal hierin het bewijs zien dat Codde crazy is.
«Dat is dan hun zaak. Ze missen veel. In Stanley’s Route zag ik tijdens een tocht langs rotsen een lange stok. Mijn onderbewustzijn zei me dat ik die moest meenemen. Toen ik tien meter verder struikelde, kwam die stok meteen van pas. Anders was ik in de diepte gestort.»
Toeval.
«Toeval bestaat niet, vriend. Een ander voorbeeld: op het theaterplein in Antwerpen werd mijn aandacht plotseling getrokken door een papiertje. De meeste mensen zouden het waarschijnlijk laten liggen tussen al de andere rommel, maar ik ga ervan uit dat alles op mijn pad waardevol is, dus ik raap dat briefje op en wat lees ik? ‘Ik ben altijd bij u.’ Da’s toch bangelijk?»
Dat is eventjes vreemd en na twee seconden smijt je dat weer in de vuilbak.
«Jij wel. Nu nog wel. Maar daarom is dit gesprek ook zo belangrijk. Ik ben een brug, een tussenschakel tussen jouw wereld, de wereld van de ego’s en een andere harmonieuze, spirituele wereld waar de mediums, de paranormaal begaafden of hoe je ze ook wil noemen, ons de weg wijzen. Elk van ons kan die bereiken. Ik ben de missionaris, de boodschapper. Ik sta open voor hun wereld maar ik blijf geaard genoeg om het aan de anderen over te brengen.»
Dames en heren, Jezus is terug en hij is nog omroeper geweest bij de BRT!
(lacht) «Inderdaad. En Freddy De Kerpel is Judas. Maar hey, zo onnozel is die vergelijking niet. Het is maar dankzij Judas dat Jezus is kunnen worden wie hij is. En het is dankzij Freddy dat ik hier nu mijn boodschap kan overbrengen. Dus : van harte dank Freddy .»
Heb jij altijd geloofd in het paranormale?
«Helemaal niet. Enkele jaren geleden zat ik in een zware depressie. Plotseling kreeg ik telefoon van ene Peter. Hij bleek een technicus te zijn met wie ik zes jaar eerder even had samengewerkt. Hij belde me op omdat één van mijn vrienden hem dat gevraagd had. Het bleek te gaan om mijn beste kameraad... die al jaren overleden was. Iemand van de “overkant” had Peter gevraagd mij te contacteren omdat ze ‘hierboven’ vonden dat het zo niet verder kon met me. In het begin was dat uiteraard heel vreemd, maar de boodschappen die Peter me bracht, klonken zeer geloofwaardig. Ik ben er me meer en meer in gaan verdiepen en vandaag ben ik er heilig van overtuigd dat sommige mensen die gaven hebben. Ik zelf niet, maar ik wil wel de tussenschakel zijn.»
Ik hoor het de mensen al zeggen: ‘Codde is niet meer depressief maar wel goed zot.’
« ‘t Is nochtans logisch, hoor. Als je depressief bent geweest , kom je van héél ver . Alles heeft als het ware een opfrisbeurt gekregen . Je bent in staat ballast van essentie te onderscheiden. Je kijkt als het ware als een onschuldig kind naar de wereld. Ik leef nu veel bewuster. Ik herken de jonge Paul Codde weer. Een man die ik had afgezworen om voor de televisie te kunnen gaan werken. Jarenlang heb ik dingen gedaan omdat ik dacht dat ik daarmee anderen plezierde. Jarenlang heb ik mijn ware ik in de frigo gestoken. Maar nu ben ik helemaal terug. Ik voel me goed en bevrijd. Dus waar is Freddy de Kerpel . Dat ik hem omhels !»